Wet inkomstenbelasting 2001 art. 3.68 ( tekst 2015)
3.68 Toevoegingen
Toevoegingsplafond 1 De toevoeging aan de reserve over een kalenderjaar bedraagt 9,8% van de winst die de belastingplichtige als ondernemer uit een onderneming geniet, maar niet meer dan € 8.640. De op grond van de eerste volzin bepaalde toevoeging wordt verminderd met de ten laste van die winst gekomen premies en andere bijdragen uit hoofde van pensioenregelingen .
Maximum toevoeging 2 De op grond van het eerste lid berekende toevoeging bedraagt ten hoogste het bedrag waarmee het ondernemingsvermogen bij het einde van het kalenderjaar de oudedagsreserve bij het begin van het kalenderjaar te boven gaat.
Winstbegrip 3 Voor de toepassing van dit artikel wordt onder winst verstaan: de winst voor toevoeging aan en afneming van de oudedagsreserve en vermeerderd met de premies en andere bijdragen als bedoeld in het eerste lid, maar met uitzondering van de winst waarop een regeling ter voorkoming van dubbele belasting van toepassing is. 4 Het in het eerste lid genoemde percentage wordt jaarlijks bij algemene maatregel van bestuur gewijzigd. De wijziging vindt voor het eerst plaats per 1 januari 2015. Bij deze wijziging wordt het in het eerste lid genoemde percentage verlaagd met 0,36%-punt maal het aantal jaren waarmee ingevolge artikel 18a, elfde lid, van de Wet op de loonbelasting 1964 de in artikel 18a, zesde lid, van die wet genoemde pensioenrichtleeftijd wordt gewijzigd. Een wijziging ingevolge de eerste volzin van het in het eerste lid genoemde percentage wordt bekendgemaakt ten minste een jaar voordat deze toepassing vindt.